zondag 8 februari 2009

Kinderen geloven alles!

Op AstridsScribbles is een blogkermis gestart. En na een eerste reactie achtergelaten te hebben, blijkt een ander al weer aan de haal te gaan met je woorden. Kort samengevat geeft Astrid aan dat ze zorgen heeft over het gemak waarmee kinderen internetinformatie tot zich nemen. En gelijk daaraan gekoppeld: moeten we ze ook niet vaardig houden op de oude media?

Op de eerste plaats: kinderen zijn niet lui en verwend! Het zijn alleen wel kinderen van hun tijd. En tja, kinderen zijn erg goedgelovig. Dat is als je iets wilt leren een makkelijke eigenschap maar dat werkt alleen als de bron betrouwbaar is. Dus ja, ouders en opvoeders hebben daar een taak. Daar zijn we snel mee klaar.

In de afgelopen week was ik bij een opening van de scholengroep SSCO. Arend Runia, het lid van college van bestuur waar ik deze samenwerking mee heb voorbereid, houdt zelf ook een blog bij en ook hij schrijft over deze opening. Bij deze opening refereerde ik aan de mogelijkheid van scholen om software te installeren waarmee, plagiaat gedetecteerd kan worden. Werkstukken van kinderen worden er door heen gehaald en de software zegt als een leugendetector of het van internet is geplukt of niet.

Ik vind dat echter een belachelijke ontwikkeling. Meer dan ooit hebben we toegang tot elkaars kennis. Daardoor kunnen we sneller dan ooit kennis creëren. Plagiaat (uiteraard met bronvermelding) is de basis voor kenniscreatie. Je moet kinderen dan ook vooral leren om van internet te plukken. En vervolgens moet je dan opdracht geven om de kennis die ze hebben gevonden verder te brengen. Dat is de vaardigheid van de toekomst.

Dan naar de klassieke media. De waarde van klassieke media gaat in de komende decennia drastisch veranderen. Met Googlebooks komen steeds meer klassieke media digitaal beschikbaar. Wat niet op internet is, bestaat straks voor ons gevoel niet meer. En vul daar maar op aan: WIE straks niet op internet aanwezig is, bestaat straks niet meer. Mijn oudste dochter kan zich geen sociaal netwerk voorstellen zonder MSN en Hyves. Dat is de basis voor haar contacten.

Overigens, daardoor wordt het ook steeds bepalender hoe je op internet aanwezig bent. Een kwalijk voorval overkwam mij deze week. Ik heb deze week in de gemeenteraad in Deventer ingesproken op de nieuwbouw van het nieuwe stadskantoor en bibliotheek. Dit weekend blijkt dat een aanwezige toehoorder de raadsleden - zonder mijn medeweten - heeft gemaild met de opmerking dat ik suggestieve en valse informatie zou hebben verspreid. Die persoon heeft eerst op internet gegoogled wie ik was.... En tja, wat vind je over Mark Deckers?: een blog over dat ie ontslagen wordt via internet.... Dat deed mij dus even beseffen dat ik nog moet opletten wat ik op internet begin te schrijven. Stom he? Dat van die valse en suggestieve informatie klopte uiteraard niet, maar ja, je kan het wel weer recht zetten.

Maar goed, dan terug naar de klassieke media. Moeten we kinderen daarmee helpen? Nee, ik vind van niet. Ik mag echter één uitzondering: en dat is voor de liefde voor literatuur en de poëzie. We kunnen kinderen daar niet genoeg mee opvoeden. We kunnen ze niet genoeg meegeven van de verbeelding en kracht van taal. Zelf had ik hier een gedicht van Paul van Ostaijen neer zullen zetten. Maar Scribbles attendeerde mij ooit op Moeyaert en dus doen we die maar. Met dank Scribbles! Lang leve literatuur, lang leve papier.

Dit

Van alles wat ik schreef
zijn dit de minste woorden.
En tel ze na, het zijn er
nog te veel: zelf hou ik van
mijn mond vol tanden,
het aaien van dit blad, de
woordenschat van mijn
twee handen, het stokken

van mijn adem als ik zeg
dat ik je hier niet kan
vertellen wie of wat ik
voor je ben, omdat papier
me in de weg zit,

en ik het juiste woord
niet ken.

Bart Moeyaert
Verzamel de liefde


1 opmerking:

Astrid zei

Jij ook bedankt Deckers! Voor je leuke kermis en het mooie gedicht. En nu gauw die post over je ontslag verwijderen ;-)